december 2012
Graan wordt in de molen vermalen tot meel door middel van twee (een koppel) molenstenen of maalstenen. Om een maalsteen zitten twee ijzeren banden die voorkomen dat de steen in stukken uit elkaar kan vliegen. De stenen zijn voorzien van een rond gat, waardoorheen de steenspil steekt. Molenstenen slijten door het gebruik. Na verloop van tijd moeten de groeven verder worden uitgekapt met een bilhamer. Als de loper te dun wordt, slijt hij zijn leven verder als ligger. Voor onderhoud kan de molensteen opgetild worden met de “steenkraan”. Dit is een onderdeel van de molen waarmee de molensteen opgetild en omgedraaid kan worden.
Als onderdeel van de opleiding tot molenaar is op onderstaande foto’s het optillen en draaien van de molensteen in beeld gebracht.